Foto: Frans Alberts met hond Mac voor zijn kantoor op ONO.

Vorige maand was het precies 25 jaar geleden dat het avontuur van Frans Alberts (62) op landgoed Oranje Nassau’s Oord (ONO) begon. Samen met drie collega’s en met ondersteuning van landgoedvrijwilligers zorgt hij voor dit prachtige stuk natuur dat zich uitstrekt over zo’n 170 hectare grond.

“Boswachter word je niet alleen, het zit in je”

“ONO bestaat uit weiland, park en bos; een geweldige combinatie”, vertelt Frans enthousiast. Als kind al wist Frans dat hij boswachter wilde worden. “Boswachter word je niet alleen, het zit in je!” Hij groeide op in de bossen en begon op zijn twaalfde aan de Lagere Tuinbouwschool. Hij behaalde daarna diverse diploma’s op het gebied van bosbouw, bomenzorg, het hoveniersvak, jacht en wild. Frans werkte bij een kwekerij, een bosbedrijf en later ook bij de milieupolitie, tot hij in 1997 dé vacature als boswachter bij Zinzia voorbij zag komen.

Oranje Nassau’s Oord

“Ik ben verantwoordelijk voor het beheer van het landgoed én de bos- en tuindienst van de vier verpleeghuizen”, vertelt Frans verder. “Mijn kantoortje bevindt zich op ONO en was vroeger een lighal waar tuberculosepatiënten van licht en lucht konden profiteren.” Bijna dagelijks maakt Frans, met hond Mac aan zijn zijde, een ronde over het terrein. “Hoe groeien de bomen? Wordt daar een nieuw paadje gelopen? Waarom hangt hier ineens een bordje?” Zijn zintuigen draaien overuren en Frans is druk in de weer met de flora en fauna, maar ook zeker met meldingen. “Alles komt hier voorbij. Afvalstort, stroperij, loslopende honden, motorvoertuigen in het bos, mensen met metaaldetectoren en publiek dat na zonsondergang het bos betreedt. Geen dag is hetzelfde en juist dat past bij mij.” Frans is een buitenmens, een duizendpoot. “Ik heb veel kennis op allerlei vlakken en in deze functie komt dat goed van pas. Ook is het belangrijk dat je sterk in je schoenen staat. De grote mond die je soms krijgt wanneer je bezoekers aanspreekt op hun gedrag is niet altijd leuk. Maar ik heb te maken met wet- en regelgeving en bezoekers hebben niet altijd door dat ze te gast zijn in het leefgebied van planten en dieren.”

Seizoen & weer

Het werk is erg seizoens- en weersgebonden. “Grasmaaien en schoffelen kan bijvoorbeeld alleen bij droog weer. Na een flinke storm lopen we het bos na op loshangende takken en instabiele of omgewaaide bomen. Na aanhoudende regen controleren we de paden op gaten die we bijvullen terwijl we op warme zomerdagen juist sproeien in de parken. In het broedseizoen, tussen 15 maart en 15 juli, mogen we volgens de Gedragscode Bosbeheer geen bomen vellen. Daar sta ik volledig achter, maar het is altijd weer timen met ons productiebos.”

Biodiversiteit

“Een deel van het bos bestaat uit productiebos, waar we hoogwaardig Douglashout telen dat wordt verkocht aan houthandels. Een meerjarenplanning is daarin heel belangrijk. We vellen verspreid over het bos bomen van zo’n 50 jaar oud en zorgen vervolgens voor nieuwe jonge aanplant zodat het bos intact blijft. We letten goed op de klimaatverandering zodat er niet alleen hele oude bomen blijven staan, maar ook andere soorten bijkomen. De ratelpopulier kan goed tegen droogte en de hazelaar gaat verzuring tegen. Ik vind het heel belangrijk om op deze manier aan de biodiversiteit van de natuur te denken. En het is in mijn ogen goed dat het landgoedbeheer op deze manier bekostigd wordt, waardoor het zorggeld voor de zorg bestemd blijft.”

Uniek aan ONO

Wat ONO uniek maakt, is volgens Frans de veelzijdigheid. “Prachtige uitgestrekte weilanden, een mooi park met een hertenkamp en een bos met grote diversiteit in soorten en leeftijdsopbouw. Maar vergeet ook de dieren niet. Er leven reeën, eekhoorns, vleermuizen en roofvogels. Ook zijn er zeldzame spechtensoorten, broedgevallen van de wespendief en er woont hier een vast dassenkoppel.”

Pracht van het boswachtersvak

Zijn jubileum vierde Frans met koffie en gebak met zijn collega’s. Ook had hij een koffiemoment met Hans Somer (Bestuurder) en Mireille Prins (Directeur Zorg & Behandeling) die hem feliciteerden met zijn jubileum. “Daarna ging ik weer snel aan het werk” zegt hij lachend. Het typeert Frans; hij staat niet graag in de belangstelling maar is een bescheiden, harde werker. Frans kijkt terug op 25 mooie jaren. “Je maakt veel mee in zo’n lange tijd. De omvorming van het Beekdal van verpachte landbouwgrond naar natuur in 2012 zal mij zeker bijblijven. Maar ook de connectie met de verpleeghuizen is mooi. Het geeft een goed gevoel dat ik kan bijdragen aan een mooie omgeving voor de bewoners. Gelukkig heb ik nog een paar jaar de tijd om de pracht van mijn mooie boswachtersvak uit te oefenen.”